Foto
Havdalah (Separatie):

Wanneer de Shabbat ten einde loopt is er nog een gezamenlijke ceremonie ter afsluiting van de rustdag. Dit wordt de Havdalah viering genoemd. Havdalah komt van het Hebreeuwse woord Lehavdiel wat betekent scheiding aanbrengen. En scheiding wordt er gebracht tussen de Shabbat, de geheiligde rustdag en de rest van de week. Dit gebeurt na zonsondergang, wanneer het werk weer beginnen mag. Vaak wordt deze gelegenheid benut om een korte gebedsronde te houden waarin gebeden wordt om een zegen voor de week die komt en andere onderwerpen waar gebed voor nodig is.  

Om deze ceremonie te kunnen vieren heeft men nodig:

- Een Havdalah kaars (een gevlochten kaars met
   ten minste 2 (vaak meer) lonten.

- Een kandelaar waar de kaars in past.

- Een Kiddush beker met schotel.

- Koshere wijn.

- Specerijen (zoet, zoals kruidnagel).

- Speciale specerijendoos om de kruiden in te bewaren.

(De elementen zoals de Kiddushbeker met schotel, de speciale kandelaar en het specerijendoosje zijn ook wel samengebracht in een zogenaamde Havdalah set. Daarbij hoeft u dan alleen nog de speciale kaars en de koshere wijn aan te schaffen om het compleet te maken)

Terwijl de Kiddush beker op de schotel staat wordt deze als eerste gevuld. Het is de bedoeling dat de wijn over de rand op de schotel stroomt. Volgens de overlevering wordt hierbij gedacht aan de woorden van de Psalmist: U zalft mijn hoofd met olie, mijn beker vloeit over (Psalm 23:5b HSV). Over het algemeen wordt de ceremonie begonnen met het lezen van Jesaja 12:2-3. Ook worden er vaak passende liederen gezongen. (meer hierover kunt u vinden in het boekje de Sjabbat van Barry en Steffi Rubin)

Dan wordt de dankzegging over de wijn van de vorige avond opnieuw uitgesproken. In het Hebreeuws:

Baruch ata Adonai, Eloheinu, Melech ha’olam boray pree hagefen.

Vertaling:

Gezegend zijt Gij, o Here onze God, Koning van het Heelal, die de vrucht van de wijnstok geschapen heeft.

De wijn gaat rond en ieder neemt een slokje.

Als tweede onderdeel worden de specerijen in de rechterhand genomen door degene die de zegen uitspreekt:

Baruch ata Adonai, Eloheinu, Melech ha’olam boray minee wesamiem.

Vertaling:

Gezegend zijt Gij, o Here onze God, Koning van het heelal, Schepper van de Specerijensoorten.

De specerijen gaan rond zodat ieder de zoetheid ervan kan ruiken.

Daarna wordt de Havdalah kaars aangestoken, boven de schotel gehouden terwijl de zegen wordt uitgesproken:

Baruch ata Adonai, Eloheinu, Melech ha’olam boray me’oree ha’èsj.

Vertaling:

Gezegend zijt Gij, heer onze God, Koning van het heelal, Schepper van de lichtbronnen.

Hierbij is het gebruikelijk de handen met losse vingers en de vingertoppen naar boven gekeerd, dichtbij de vlam te brengen. Doordat het licht tussen de vingertoppen door valt wordt er een verschil gecreëerd tussen licht en duisternis en bereidt u zich voor op het slotgebed:

Baruch ata Adonai, Eloheinu, Melech ha’olam, hamawdiel been kodesj lechol. Been or l’chosjèch; been Jisra’el l’olam; been jom hasjwie’ie l’sjèsjet j’mee hama’asè. Baruch ata Adonai, Hamawdiel been kodesj l’chol.

Vertaling:

Gezegend zijt Gij, Heer onze God, Koning van het heelal, die onderscheid maakt tussen het gewijde en het ongewijde, tussen licht en duisternis, tussen Israël en de volken, tussen de zevende dag en de zes werkdagen. Gezegend zijt Gij, Heer, die onderscheid maakt tussen het gewijde en het ongewijde.

Nu wordt de kaars gedoofd in de wijn die op de schotel is overgestroomd.

Na het doven van de kaars wordt vaak de Hamawdiel (de Separatie) uit de Siddoer (gebedenboek) voorgelezen (voor de volledige tekst kunt u het eerder genoemde boekje De Sjabbat raadplegen. Daarna volgt de gebedsronde voor bepaalde zaken in de week die komt. Bij de volgende Shabbat viering wordt er meestal teruggekeken naar de gebeurtenissen waar voor gebeden is bij de voorafgaande Havdalah viering. Het kan daarom ook handig zijn een gebedslogboek bij te houden. Ter afsluiting worden er vaak nog enkele passende liederen gezongen en wenst men elkaar Shawoe’a Tov (Een goede week)